De verdachte S.D. werd door de politie opgespoord en aangehouden op verdenking van diefstallen, nadat de benadeelde A.R. aangifte had gedaan van gekwalificeerde diefstallen. A.R. deed op verschillende tijdstippen aangifte bij de politie van gekwalificeerde diefstallen van diverse bouwmaterialen, gereedschappen en machines. Deze goederen zijn tussen 1 juni en 3 juli uit een loods weggenomen.
Buren zagen S.D., die een buurjongen is, steeds in de nachtelijke uren de loods binnengaan, waarna hij zakken met spullen op zijn fiets vervoerde. Vervolgens fietste hij met deze goederen naar een adres aan de Welgedacht A-weg, waarna hij zonder de zakken terugkwam en weer met spullen vertrok.
De verdachte, die aanwijzingen gaf aan de politie, leidde hen naar de adressen van de helers die de gestolen goederen van hem hadden gekocht. Een heler bekende dat hij twee ijzeren vaten van de verdachte had gekocht, en een ander gaf aan dat hij gereedschappen had aangeschaft.
Tevens hebben bewoners die bij de loods wonen gezien dat S.D. bierkratten met lege bierflessen meenam. De bewoonster kwam uit haar woning en verzocht hem deze terug te zetten, wat hij ook deed. Bij de politie bekende hij de spullen steeds uit de loods van zijn tante te hebben weggenomen.
Op de rechtszitting werd een getuige gehoord, die aangaf vanaf zijn balkon goed zicht te hebben op de loods en de verdachte in het gebouw te hebben zien klimmen. De verdachte heeft goederen over het gebouw naar buiten gegooid, waarna hij ermee vertrok.
De rechter stelde de zaak uit naar 9 november. Dan zal de officier van justitie een strafvoorstel doen. S.D., die op 27 april in vrijheid was gesteld, was niet aanwezig op de zitting.