In Suriname zijn vele liefhebbers van zout en suiker, vandaar dat voedseltechnoloog Ricky Stutgard afgelopen donderdag een bezoek bracht aan de Hazrat Bibi Fatimaschool. Stutgard informeerde leerlingen van de eerste tot en met de zesde klas over het gebruik van deze ingrediënten in voeding en dranken.
Stutgard wijst erop, dat iedereen zich bewust moet zijn van de hoeveelheden suiker en zout die per dag gebruikt mogen worden. “Voor de hele dag 5 gram”, zegt de voedseltechnoloog. Alleen is het gebruik in Suriname vele malen hoger. “Wij gebruiken bijna 17.5 gram, iedereen kent wel iemand met hoge bloeddruk, want wij gebruiken veel te veel zout, drie keer zoveel dan nodig is, per dag”, merkt Stutgard op. Bovendien zouden de gebruikte waarden nog veel hoger kunnen liggen, aldus Stutgard die verwijst naar een onderzoek uit 1952. “En in die dagen waren heel veel producten zoals chips nog niet in de winkels te koop. Veel van dat soort producten hadden wij niet.”
Voorlichting
Daarom zegt Stutgard, dat voorlichting belangrijk is, maar dat dit geld kost terwijl je het voordeel ervan niet direct merkt. “Permanente voorlichting zou nodig zijn”, verduidelijkt hij verder. Toch pleit Stutgard voor meer bewustwording.
Voorstellen
Als een van zijn voorstellen adviseert hij dat restaurants niet meer met zout zouden moeten koken. “Op tafel komt een potje met zout dat jij zelf op het eten mag strooien, je gaat automatisch minder zout zetten”, deelt de voedseltechnoloog mee. “Maar, ook zou er op producten met zout een hogere belasting moeten worden geheven, of in prijs worden verhoogd, waardoor het gebruik minder wordt”, vervolgt hij.
Gewoonte
Wereldwijd gebruikt men 9 tot 12 gram zout, maar volgens Stutgard is ons gebruik hoger. Ook verwijst hij naar de lokale geschiedenis waarbij slaven geen luxueus eten kregen voorgeschoteld, maar om toch nog wat smaak te hebben werden peper, zout en suiker aan het eten toegevoegd. “Waardoor de gewoonte is ontstaan om met veel zout te koken.”